Carolien Kooi, Hospice medewerkster:
Praten over de Dood
Leo had tot dan toe het onderwerp doodgaan, cremeren of begraven vermeden. Hij vond het te confronterend om hierover na te denken laat staan te praten.
Op een mooie zomerdag liepen we samen net buiten het dorp te wandelen. Hij in z’n rolstoel en ik erachter. We kwamen iemand tegen van de groenvoorziening die ik van vroeger kende. Zoals altijd maakten we een praatje over koetjes en kalfjes. Totdat hij vertelde dat hij het onderhoud van het mooie begraafplaatsje van het dorp deed. Toevallig stonden we daar in de buurt. Ik zei tegen de man van de groenvoorziening dat we gelijk eens even een kijkje gingen nemen. Voordat Leo het goed en wel door had duwde ik de rolstoel door het hek van de begraafplaats. Het gezicht van Leo stond gespannen maar hij sputterde niet tegen.
Misschien ook door de zon en de bomen maar er heerste een fijne, serene sfeer op het begraafplaatsje. We liepen eerst langs alle graven en stonden stil bij de meest bijzondere gedenkstenen. Er waren zoveel vormen en bij sommige moesten we erg lachen. Daarna liepen we langs het urnenpad. Er was hier zelfs een totempaal met urnen erin geplaatst. We kwamen erachter dat er veel keus was en dat Leo moest gaan nadenken wat hij wilde.
Eenmaal thuis vertelde Leo aan zijn vrouw wat we allemaal voor gekke, bijzondere en mooie graven gezien hadden. Het onderwerp was vanaf toen bespreekbaar.